Literatuur
- Haslinghuis, E.J. & H. Janse, Bouwkundige termen. Verklarend woordenboek van de westerse architectuur- en bouwhistorie. Leiden (Primavera Pers), 20014e druk/1e druk: 1953 [643 blz. ISBN 90.74310.77.X]. Hierin "Kelder": blz. 250, 228
- Korevaar, A., & A. Bijls & M. Gout & L. Stijnen, Bouwkundige Encyclopedie. Eerste deel: A - K. Amsterdam, Brussel (Elsevier), 1954. [679 blz. ISBN -]. Hierin "Kelder": blz. 610-612
- Meischke, R., De gotische bouwtraditie. Amersfoort (Bekking), 1988cop. [305 blz. ISBN 90.6109.1977]. Hierin "Huizen en keuren": blz. 208-253 (Bewerking van eerdere publicatie in: J.G.N. Renaud (red.), "Rotterdam Papers II", Rotterdam, 1975, blz. 89-116). Hierin o.a. "De kelders": blz. 219-220
- Wattjes, J.G., Constructie van gebouwen. Deel 3: Fundeeringen en kelders, rioleeringen. Amsterdam (Kosmos), 1931voorwoord2e druk. [443 blz. ISBN -]. Hierin: blz. 105-114 ("Gemetselde kelders bij gebouwen op staal, op zandstorting of op grondverbetering gefundeerd"), 114-120 ("Gewapend-betonkelders bij gebouwen op staal, op zandstorting of op grondverbetering"), 120-127 ("Waterdichte afwerking van kelders"), 108 ("lokgat": tijdelijk gat in de keldervloer bij werken onder waterspiegel)
- Zwiers, L., Bouwkundig Woordenboek. Eerste deel: A-K. Amsterdam (Van Holkema & Warendorf), z.j. [1920]. [685 blz. ISBN -]. Hierin "Kelder": blz. 613
- Grieken, Th.M.M. van, Bouwkundig Album. Verzameling van kleine ontwerpen voor architecten, timmerlieden, aannemers, opzichters, aankomende bouwkundigen, enz. Groningen (M.Smit & P. Noordhoff), z.j. (ca 1873)3e druk. [255 blz. plus 51 platen. ISBN -]. Hierin "Over het gebruik, dat men in de bouwkunst van kunstcementen maakt. Vochtigheid der woonhuizen. Waterdichte kelders": blz. 122-172 (Datering: op basis van vermelde literatuur en de jaartallen die op de ontworpen gebouwen staan)
Zie verder volgende pagina.